Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [18]Want hij weet niet, wat er geschieden zal; want wie zal het hem te kennen geven, [19]wanneer het geschieden zal? 18. Dat is, hij weet niet wat hem God toeschikken zal, gelijk hij ook niet weet den tijd wanneer; en derhalve kan hij het niet voorkomen; daarom moet hij steeds God bidden om een heilige voorzichtigheid, opdat hij zich wel en naar behoren moge gedragen. 19. Of. hoe.